Character sheet Naam: Emie Thornrose Partner: Niemand Reden van plaatsing: Zware Depressie, Denk dat ze kan comuniceren met geesten, Obsessie met muziek.
Onderwerp: Run Away za dec 10, 2011 7:02 am
Helemaal buiten adem ging ik zitten tegen een boomstam. Na die vreselijke woedeuitbarsting ben ik weggelopen uit de instelling. Ik wist de weg niet precies, maar het is me blijkbaar wel gelukt het kerkhof te berijken. Ik ben er nog maar 2 keer geweest, mét begeleiding. Ik keek naar de grote klok die in de verte aan de kerk hing. Het is stipt 12 uur snachts... Het maakte me niet uit, ik wou er gewoon tussenuit, even weg uit die zieke instelling. Ik ging opzoek naar het graf van mijn zus. Zei was de laatste die ik zag in de brand, ze begreep me niet altijd, maar soms wel, en dat voelde goed. Ik speurde het kerkhof helemaal af, ergens op het einde las mijn zus. Ik ging zitten in kleermakerszit, ik glimlachte. Een gloed van rust liep over me heen, ik sloot mijn ogen en genoot van de vrijheid die ik nu had. Ik wist dat het niet lang meer zou duren, en als ik terug zou zijn, er waarschijnlijk een isolatie of zware straf op me aan het wachten zijn. 'Ga terug' Fluisterde iemand in mijn oor. Ik was verschoten, was dit mijn verbeelding? Nee ! Ik voelde zelfs de warme adem aan mijn oor. Iemand fluisterde iets in mijn oor.. en het was niet mijn zus, het was mijn vader. Ik ging recht staan. 'Papa, ben je daar?' Ik kreeg een duw in mijn rug, voor ik het wist lag ik met m'n gezicht op de koude grond. Er liep en druppel bloed langs mijn neus. Onmiddellijk draaide ik me om om te zien wie dat deed. ik zag niets... Opeens voelde ik me toch niet zo gerust meer. Weer hoorde ik 'ga terug, ga terug'. Het werd gezegt op een kwade manier, door mijn vader, ik wist het wel zeker ! 'Papa, ben je kwaad op mij?' 'ben je er nog?' Een luide schreeuw die zelfs pijn deed aan mijn oren omdat het zo luid was, liet me weglopen. Ik rende terug, terug naar de instelling. Tranen rolde over mijn gezicht, ik voelde het gebonk van mijn hart overal. Mijn hoofd deed verschrikkelijk veel pijn. net voor de deur van de instelling viel ik op de grond en barstte ik uit. De verpleger had het gehoord en opende de deur. Ik was verbaast dat ik niet direct gestraft werd. Ik werd neergezet in de zetel met een warme thee. De psycholoog vroeg me wat er gebeurt was. Maar ik kon niets zeggen.. ik staarde voor me uit. 'Het is hopeloos' hoorde ik hen zeggen. 'Wat doen we nu?' 'Geen straf, stuur haar naar de badkamer en geef haar kalmeerpillen'. Trillend op mijn benen ging ik me wassen.