“Ik ook…” antwoordde hij gespannen en ging naast haar staan tegen de muur aan. Zometeen zouden ze door de deur gaan en misschien zou zijn gitaar daar wel liggen. Hij hoopte het zó erg, als het ding er namelijk niet was hij hem ècht kwijt. Zenuwachtig volgde hij Delaney door de deur en keek eens rustig rond. Er lagen een hoop spullen, een verhuisdoos vol pakken sigaretten, ook een berg aanstekers. Veel rookspul dus, een aansteker kon hij wel gebruiken…
Zonder om te kijken naar de rest liep hij naar de berg en deed alsof hij erachter keek. Of daar zijn gitaar lag, ondertussen jastte hij een hand aanstekers mee en propte die in zijn broezak. Nu kon hij rustig naar zijn gitaar zoeken. Het allerbelangrijkste.
Of nja, rustig, hij moest wel opschieten. Hij kon niet voor de 3e keer in zo’n korte tijd, dat zou echt te extreem zijn. Het was vreselijk in zo’n ding, niet echt iets waar hij blij van werd. Geconcentreerd keek hij rond en nu echt hopend dat hij het ding zou zien liggen. Zijn blik viel op een zwarte tas, in de vorm van… JA!
Snel liep hij er heen en knielde bij de koffer die hij voorzichtig tussen de andere spullen uit haalde. Nog even checken of het zijn gitaar was… Met trillende handen trok hij de rits open en herkende gelijk zijn gitaar. Hij had hem terug… nu moesten ze nog zo snel mogelijk terug zien te komen. “We moeten weg, snel…” zei hij serieus en keek naar Angel die eigenlijk voor haar hondje kwam. “Ik denk niet dat ze een hondje bij een berg spullen bewaren Angel… die zal wel ergens anders zijn… “ Hij vond het echt jammer voor haar, maar er was niks aan te doen. Het enige wat belangrijk was, was dat ze hier nu heeel snel wegkwamen.