Het geluid van de zware deur die open werd geduwd galmde door de lange hal. Het was een geluid dat niet bepaald vreemd was. Ook de donkere schaduwen van de deuren op de vloeren waren bekend voor haar. In het weeshuis waar ze had gezeten was het bijna altijd donker geweest. Nouja, niet overal. Enkel in de kamer waar zij had verbleven lieten ze het licht altijd uit. En wist dat daar altijd al een reden voor was geweest.
Hard beet ze op haar lip, terwijl ze voelde hoe twee mannen haar aan haar beiden armen door de gang sleepte. Voor een moment gingen haar ogen naar haar benen, die gewoon weg weigerde om zich aan te spannen. Maar het leek niet te hinderen voor de mannen. Want die leken haar toch maar al te graag mee te willen slepen. Ze dachten vast dat ze gehandicapt was, dat ze niks kon en daarom maar hier gedumpd was. Ja gedumpd, alsof ze een stuk afval was. Ach, eigenlijk moest het haar niet zo verbazen, in het weeshuis hadden ze haar altijd zo behandeld. Als ze al bij haar in de buurt durfde te komen.. Haar gedachten reeks werd doorbroken door de stem van één van de mannen. "Hé, rustig lopen jij!" De man leek het niet tegen haar te hebben, dus keek ze voorzichtig op van de grond en keek vervolgens recht in het gezicht van een roodharig meisje. Enkel de helft van een seconden keek ze haar in haar ogen aan, iets dat haar hart even stil deed staan. Meteen brak het zweet haar uit en voelde ze één van haar armen trillen. Blijf staan, nee blijf staan. Loop niet door! Waag het niet om door te lopen Ook haar benen leken nu in actie te komen en ze begon zich los te wurmen. Een zware grinnik weergalmde op dat moment door de donkere hal. "Denk je nou echt dat je je los kan wurmen! Pff, raar mens dat je bent." Blijf staa- Voor het gefluister de zin kon afmaken werd ze met een ruk weer meegetrokken en leek de stem al het ware weg te zweven. Voor een moment kreunde ze, het deed pijn. Heel erg pijn om het te negeren, maar ze had op dit moment gewoon geen keus.
"Nou hier is je kamer dan," Na een tijdje waren de mannen aan het einde van de hal die voor haar gevoel eerst geen einde leek te hebben. Ze lieten haar niet los, maar deden enkel de deur open en trokken haar naar binnen en duwde haar op een bed. "maar zorg wel dat je de kamer een beetje heel houdt." Voegde één van de mannen er zwaar grinnikend aan toe, waarnaar ze haar eindelijk los leken te laten. Het enige wat ze in eerste instantie kon doen was zuchten, reageren had geen zin. Dat was iets dat nu al duidelijk voor haar was gemaakt.
Een paar seconden verstreken, en de mannen draaide zich na haar een korte maar zeer duidelijke blik te schenken om en liepen de ruimte uit. Voor een moment streek Caith met haar vingers langs de voorste plukken van haar haar. Ze waren vochtig van het zweet en piekte alle kanten op. Zuchtend keek ze de ruimte rond, maar toe ze niks boeiends kon bedenken liet ze zich maar verslagen op het bed zakken. Starend naar het spierwitte plafon hoorde ze hoe lichte bries langs haar oor blies en uiteindelijk weer een stem vormde. Het enige wat ze kon doen was het dekbed vastgrijpen en voelen hoe het tollen van haar hoofd toenam en haar hartslag versnelde.